Klokkenluidersregeling

Terug naar home

Introductie

GPS2Work B.V. vindt het belangrijk dat medewerkers vermoedens van wangedrag veilig kunnen melden, zonder angst voor negatieve gevolgen. Op basis van de Klokkenluidersregeling heeft GPS2Work B.V. de volgende meldingsprocedure vastgesteld en gecommuniceerd aan alle medewerkers. Deze procedure stelt medewerkers in staat om zorgen in een vroeg stadium te melden en helpt GPS2Work B.V. om adequaat te reageren.

In dit kader bevordert GPS2Work B.V. een open cultuur, waarin integriteit wordt gewaardeerd en het aanspreken van elkaar op gedrag wordt aangemoedigd en gewaardeerd.

Algemeen

Deze meldingsregeling is bedoeld voor het melden van vermoedens van wangedrag, waarbij het vermoeden gebaseerd is op redelijke gronden en maatschappelijke belangen in het geding zijn. Deze meldingsregeling is niet bedoeld voor (individuele) arbeidsconflicten, het melden van persoonlijke klachten over zaken met betrekking tot het uitgevoerde werk en/of beloning, het uiten van kritiek op (beleids)keuzes van GPS2Work B.V. en/of voor persoonlijk gewin.

DEFINTIES

In deze meldingsregeling gelden de volgende definities:

  1. medewerker: de persoon die werk verricht of heeft verricht op basis van een arbeidsovereenkomst of de persoon die werk verricht of heeft verricht anders dan uit een dienstverband;

  2. werkgever: GPS2Work B.V., die werk verricht of heeft verricht op basis van een arbeidsovereenkomst of die werk verricht of heeft verricht anders dan uit een dienstverband;

  3. vermoeden van wangedrag: het vermoeden van een medewerker dat er sprake is van wangedrag, voor zover:

    • het vermoeden gebaseerd is op redelijke gronden voortvloeiend uit de kennis die de medewerker heeft opgedaan bij zijn werkgever of via zijn werk bij een ander bedrijf;

    • er een maatschappelijk belang in het geding is, zoals:

      • overtreding van een wettelijke regeling;

      • overtreding of gevaar van overtreding van het Unierecht;

      • een gevaar voor de volksgezondheid;

      • een gevaar voor de veiligheid van personen;

      • een gevaar van schade aan het milieu;

      • overtreding van interne regels van de werkgever;

      • een gevaar voor het goed functioneren van de openbare dienst of onderneming als gevolg van onbehoorlijk handelen of nalaten.

  4. vertrouwenspersoon: de persoon die is aangesteld om als zodanig te fungeren binnen het bedrijf van de werkgever en die door een medewerker vertrouwelijk kan worden geraadpleegd over een vermoeden van wangedrag;

  5. senior manager: het orgaan of de persoon die verantwoordelijk is voor het dagelijkse management van het bedrijf van de werkgever;

  6. extern orgaan: het orgaan dat naar het redelijke oordeel van de melder het meest geschikt is om het externe rapport van wangedrag aan te doen.

 
 

INTERNE MELDING, INFORMATIE, ADVIES EN ONDERSTEUNING

  1. Een medewerker kan vertrouwelijk de vertrouwenspersoon raadplegen over vermoedens van wangedrag en informatie, advies en ondersteuning vragen.

  2. Een medewerker die vermoedens van wangedrag heeft, kan dit melden bij de Algemeen Manager binnen GPS2Work B.V. Als de betreffende medewerker een redelijk vermoeden heeft dat de Algemeen Manager betrokken is bij het vermoedelijke wangedrag, kan de melding ook bij de directie worden gedaan.

  3. De melding kan ook worden gedaan via de vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon draagt de melding door.

  4. De medewerker kan de melding op de volgende manieren doen:

    • Schriftelijk;

    • Mondeling via telefoon of andere spraakcommunicatiesystemen; of

    • Op zijn verzoek binnen een redelijke termijn door middel van een gesprek op een locatie.

  5. Een medewerker die vermoedens van wangedrag heeft bij een bedrijf anders dan GPS2Work B.V., kan dit melden bij het betreffende andere bedrijf. De Algemeen Manager wordt geïnformeerd dat er een melding is gedaan bij het betreffende andere bedrijf, indien de medewerker in contact is gekomen met het vermoedelijke wangedrag via zijn werk voor de werkgever.

PROCEDURE NA DE INTERNE MELDING

  1. De ontvanger van de melding zorgt ervoor dat deze schriftelijk wordt vastgelegd in een register, inclusief een beschrijving van de melding en de datum waarop deze is ontvangen.

  2. De medewerker ontvangt binnen zeven dagen na ontvangst van zijn melding een ontvangstbevestiging.

  3. De Algemeen Manager onderzoekt of de melding betrekking heeft op vermoedelijk wangedrag.

  4. De medewerker ontvangt binnen een redelijke termijn van maximaal drie maanden na het versturen van de ontvangstbevestiging informatie over de beoordeling en, indien van toepassing, de opvolging van de melding.

  5. Indien de Algemeen Manager besluit een extern orgaan te informeren over de interne melding, ontvangt de melder hiervan een kopie, tenzij daar ernstige bezwaren tegen bestaan en/of de belangen van het onderzoek of de handhaving hierdoor kunnen worden geschaad.

  6. Indien de Algemeen Manager besluit een onderzoek in te stellen, wordt dit uitgevoerd door onafhankelijke en onpartijdige onderzoekers en niet door personen die mogelijk betrokken zijn of waren bij het vermoedelijke wangedrag. De melder wordt hiervan onverwijld schriftelijk geïnformeerd.

HET VERLOOP VAN HET ONDERZOEK

  1. De onderzoekers geven de melder en andere betrokkenen de gelegenheid om hun verhaal te doen en stellen een conceptonderzoeksrapport op. De melder krijgt de mogelijkheid om hierop te reageren, tenzij daar ernstige bezwaren tegen bestaan. Het doel is vervolgens om het onderzoeksrapport binnen acht weken na de melding vast te stellen.

  2. De Algemeen Manager informeert de melder schriftelijk over het inhoudelijke standpunt met betrekking tot de melding. Hierbij wordt ook aangegeven welke (opvolgings)stappen uit de melding zijn voortgevloeid.

EXTERNE MELDING

  1. De medewerker kan vermoedens van wangedrag rechtstreeks extern melden.

  2. De medewerker dient de externe melding te doen bij het Huis voor Klokkenluiders of bij een door de wet aangewezen bevoegde autoriteit.

  3. De medewerker kan ook een externe melding doen, zelfs nadat hij een interne melding van vermoedelijk wangedrag heeft gedaan.

  4. Het verdient de voorkeur eerst intern te melden, en dit zal zoveel mogelijk worden aangemoedigd.

BESCHERMING TEGEN NACHTEELD

  1. Indien de melder te goeder trouw en met inachtneming van de bepalingen in deze meldingsregeling een vermoeden van wangedrag meldt, zal GPS2Work B.V. de melder op geen enkele manier benadelen.

  2. GPS2Work B.V. zorgt ervoor dat collega’s van de melder zich onthouden van enige vorm van nadeel in verband met het te goeder trouw en correct melden van een vermoeden van wangedrag, waardoor de professionele of persoonlijke functioneren van de melder wordt belemmerd.

  3. Indien de melder van mening is dat er sprake is van nadeel, kan hij dit onverwijld bespreken met de vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon informeert hierover de Algemeen Manager.

  4. GPS2Work B.V. zal andere betrokken partijen op geen enkele wijze benadelen, inclusief, maar niet beperkt tot, de vertrouwenspersoon en/of de onderzoekers.

VERTROUWELIJKHEID

  1. GPS2Work B.V. zorgt ervoor dat de informatie over de melding zodanig wordt bewaard dat deze alleen fysiek en digitaal toegankelijk is voor degenen die betrokken zijn bij de afhandeling van de melding.

  2. GPS2Work B.V. behandelt de gegevens die onder haar aandacht worden gebracht als vertrouwelijk en verwerkt deze – voor zover toegestaan – in overeenstemming met de bepalingen van de Algemene Verordening Gegevensbescherming en andere relevante wetgeving.

  3. GPS2Work B.V. zorgt ervoor dat degenen die betrokken zijn bij de afhandeling van een melding de identiteit van de melder niet bekendmaken zonder de uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van de melder en dat zij de informatie over de melding vertrouwelijk behandelen.